In de analyse van aandelen zijn er grofweg twee soorten van analyse te onderscheiden: Fundamentele Analyse (FA) en Technische Analyse (TA). Bij FA wordt er gekeken naar cijfers zoals winst, omzet maar ook bijvoorbeeld de kwaliteit van het management of de stand van de economie. De technisch analist kijkt naar de golfbewegingen in de markt en gaat er vanuit dat alle informative in de koers zit verwerkt. De technisch analist probeert op basis van koershistorie het meest waarschijnlijke pad voor de koers in de toekomst te bepalen. Hoe dit werkt kom ik zo op terug. Maar waarom dan TA en geen FA?
Vaak genoeg is er op de beurs te zien dat koersen 5% op een dag dalen en bedrijven toch een winststijging van 10% melden op de dag van de jaarcijfers en wie begrijpt er nog een bankbalans? Ook valt er met FA mijn inziens niet te zeggen wanneer je nu moet instappen of wanneer je nog een week moet wachten. Bied de TA dit wel? Ja! Een onderdeel van de TA zijn koerspatronen en er zijn koerspatronen die de handelaar meer dan 80% zekerheid geven op een stijging of daling van minimaal 10%.
Natuurlijk is er een discussie tussen de FA en TA aanhangers en deze discussie zal er altijd zijn. Ook zijn er voldoende fundamenteel analisten die jaar in jaar uit de index weten te verslaan qua rendement maar voor mij werkt het niet en TA wel.
Laten we beginnen met Technische Analyse. Charles Dow wordt gezien als geestelijk vader van de Technische Analyse en is samen met Edward Jones oprichter van de Dow Jones Company. Hij heeft als onderdeel van zijn studie naar marktbewegingen ook de Dow Jones Industrial Avergage geintroduceerd. Dow concludeerde uit zijn studies dat bewegingen op financiele markten zijn op te delen in trending markets, bewegingen omlaag (bearish) of bewegingen omhoog (bullish), of zijwaarts bewegende markten waar er per saldo weinig tot geen koersbewegingen zijn. Er zijn dus drie soorten bewegingen:
Bodems zijn tijdelijke dieptepunten in de markt en toppen zijn tijdelijke hoogtepunten in de markt. Met markten bedoel ik koersen van bijvoorbeeld aandelen. Dus wanneer een aandeel een stijgende beweging laat zien dat wil zeggen er worden hogere bodems en toppen gevormd dan zitten we in een bull market. Omdat een plaatje meer zegt dan duizend woorden bekijkt u onderstaande grafiek. De volgende grafiek laat de koershistorie zien van de AEX in een periode van maart 2003 tot en met maart 2009.
Bodems zijn groen omcirkeld en toppen zijn rood omcirkeld. TA gaat dus uit van gestructureerde marktbewegingen en niet markten die zo maar wat bewegen.
De technisch analist gaat er dus van uit dat er patronen in de markt zijn te herkennen die iets zeggen over het toekomstig verloop van de koers. Zo zegt de vorming van hogere bodems en toppen dat de koers omhoog beweegt en er hogere koersen zijn te verwachten. Maar zo zijn er meer koerspatronen zoals de de dubbele top of dubbele bodem maar ook een patroon genaamd hoofd & schouders. Ook maakt de technisch analist gebruik van indicatoren dit zijn grof gezegd formules die iets zeggen over koersbewegingen. De bekendste is de moving avergave wat zoals het zegt een koersgemiddelde is van een periode die achter ons ligt. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de MA(20) waarvan de waarde gelijk is aan het gemiddelde van de slotkoersen van afgelopen 20 dagen. Grof gezegd maakt de technisch analist gebruik van koerspatronen (bull markets, dubbele bodems enz.) en indicatoren (MA, RSI enz.) en hiermee tracht hij te bepalen welke aandelen er gekocht of verkocht moeten worden en niet minder belangrijk: wanneer deze moeten worden gekocht of verkocht.
Terug naar overzicht